Shared Flashcard Set

Details

Dutch verb for call or holler
in various tenses
49
Language - Dutch
12th Grade
08/03/2008

Additional Language - Dutch Flashcards

 


 

Cards

Term
ik roep
Definition
I call(indicative present)
Term
jij roept
Definition
you(singular) call(indicative present)
Term
hij roept
Definition
he calls(indicative present)
Term
wij roepen
Definition
we call(indicative present)
Term
jullie roepen
Definition
you(plural) call(indicative present)
Term
zij roepen
Definition
they call(indicative present)
Term
ik riep
Definition
I called(indicative past)
Term
jij riep
Definition
you(singular) called(indicative past)
Term
hij riep
Definition
he called(indicative past)
Term
wij riepen
Definition
we called(indicative past)
Term
jullie riepen
Definition
you(plural) called(indicative past)
Term
zij riepen
Definition
they called(indicative past)
Term
ik heb geroepen
Definition
I have called(indicative present perfect)
Term
jij hebt geroepen
Definition
you(singular) have called(indicative present perfect)
Term
hij heeft geroepen
Definition
he has called(indicative present perfect)
Term
wij hebben geroepen
Definition
we have called(indicative present perfect)
Term
jullie hebben geroepen
Definition
you(plural) have called(indicative present perfect)
Term
zij hebben geroepen
Definition
they have called(indicative present perfect)
Term
ik had geroepen
Definition
I had called(indicative past perfect)
Term
jij had geroepen
Definition
you(singular) had called(indicative past perfect)
Term
hij had geroepen
Definition
he had called(indicative past perfect)
Term
wij hadden geroepen
Definition
we had called(indicative past perfect)
Term
jullie hadden geroepen
Definition
you(plural) had called(indicative past perfect)
Term
zij hadden geroepen
Definition
they had called(indicative past perfect)
Term
ik zal roepen
Definition
I will call(indicative future)
Term
jij zult roepen
Definition
you(singular) will call(indicative future)
Term
hij zal roepen
Definition
he will call(indicative future)
Term
wij zullen roepen
Definition
we will call(indicative future)
Term
jullie zullen roepen
Definition
you(plural) will call(indicative future)
Term
zij zullen roepen
Definition
they will call(indicative future)
Term
ik zou roepen
Definition
I would call(conditional future)
Term
jij zou roepen
Definition
you(singular) would call(conditional future)
Term
hij zou roepen
Definition
he would call(conditional future)
Term
wij zouden roepen
Definition
we would call(conditional future)
Term
jullie zouden roepen
Definition
you(plural) would call(conditional future)
Term
zij zouden roepen
Definition
they would call(conditional future)
Term
ik zal geroepen hebben
Definition
I will have called(future perfect)
Term
jij zult geroepen hebben
Definition
you(singular) will have called(future perfect)
Term
hij zal geroepen hebben
Definition
he will have called(future perfect)
Term
wij zullen geroepen hebben
Definition
we will have called(future perfect)
Term
jullie zullen geroepen hebben
Definition
you(plural) will have called(future perfect)
Term
zij zullen geroepen hebben
Definition
they will have called(future perfect)
Term
ik zou geroepen hebben
Definition
I would have called(conditional future perfect)
Term
jij zou geroepen hebben
Definition
you(singular) would have called(conditional future perfect)
Term
hij zou geroepen hebben
Definition
he would have called(conditional future perfect)
Term
wij zouden geroepen hebben
Definition
we would have called(conditional future perfect)
Term
jullie zouden geroepen hebben
Definition
you(plural) would have called(conditional future perfect)
Term
zij zouden geroepen hebben
Definition
they would have called(conditional future perfect)
Term
roep
Definition
call(imperative)
Supporting users have an ad free experience!