Shared Flashcard Set

Details

Dutch verb for imagine
in various tenses
49
Language - Dutch
12th Grade
09/27/2008

Additional Language - Dutch Flashcards

 


 

Cards

Term
ik stel me voor
Definition
I imagine(indicative present)
Term
jij/u stelt je/u voor
Definition
you(singular) imagine(indicative present)
Term
hij stelt zich voor
Definition
he imagines(indicative present)
Term
wij stellen ons voor
Definition
we imagine(indicative present)
Term
jullie stellen je voor
Definition
you(plural) imagine(indicative present)
Term
zij stellen zich voor
Definition
they imagine(indicative present)
Term
ik stelde me voor
Definition
I imagined(indicative past)
Term
jij stelde je voor
Definition
you(singular) imagined(indicative past)
Term
hij stelde zich voor
Definition
he imagined(indicative past)
Term
wij stelden ons voor
Definition
we imagined(indicative past)
Term
jullie stelden je voor
Definition
you(plural) imagined(indicative past)
Term
zij stelden zich voor
Definition
they imagined(indicative past)
Term
ik heb me voorgesteld
Definition
I have imagined(indicative present perfect)
Term
jij hebt je voorgesteld
Definition
you(singular) have imagined(indicative present perfect)
Term
hij heeft zich voorgesteld
Definition
he has imagined(indicative present perfect)
Term
wij hebben ons voorgesteld
Definition
we have imagined(indicative present perfect)
Term
jullie hebben je voorgesteld
Definition
you(plural) have imagined(indicative present perfect)
Term
zij hebben zich voorgesteld
Definition
they have imagined(indicative present perfect)
Term
ik had me voorgesteld
Definition
I had imagined(indicative past perfect)
Term
jij had je voorgesteld
Definition
you(singular) had imagined(indicative past perfect)
Term
hij had zich voorgesteld
Definition
he had imagined(indicative past perfect)
Term
wij hadden ons voorgesteld
Definition
we had imagined(indicative past perfect)
Term
jullie hadden je voorgesteld
Definition
you(plural) had imagined(indicative past perfect)
Term
zij hadden zich voorgesteld
Definition
they had imagined(indicative past perfect)
Term
ik zal me voorstellen
Definition
I will imagine(indicative future)
Term
jij zult je voorstellen
Definition
you(singular) will imagine(indicative future)
Term
hij zal zich voorstellen
Definition
he will imagine(indicative future)
Term
wij zullen ons voorstellen
Definition
we will imagine(indicative future)
Term
jullie zullen je voorstellen
Definition
you(plural) will imagine(indicative future)
Term
zij zullen zich voorstellen
Definition
they will imagine(indicative future)
Term
ik zou zich voorstellen
Definition
I would imagine(conditional future)
Term
jij zou me voorstellen
Definition
you(singular) would imagine(conditional future)
Term
hij zou zich voorstellen
Definition
he would imagine(conditional future)
Term
wij zouden ons voorstellen
Definition
we would imagine(conditional future)
Term
jullie zouden je voorstellen
Definition
you(plural) would imagine(conditional future)
Term
zij zouden zich voorstellen
Definition
they would imagine(conditional future)
Term
ik zal me voorgesteld hebben
Definition
I will have imagined(future perfect)
Term
jij zult je voorgesteld hebben
Definition
you(singular) will have imagined(future perfect)
Term
hij zal zich voorgesteld hebben
Definition
he will have imagined(future perfect)
Term
wij zullen ons voorgesteld hebben
Definition
we will have imagined(future perfect)
Term
jullie zullen zich voorgesteld hebben
Definition
you(plural) will have imagined(future perfect)
Term
zij zullen zich voorgesteld hebben
Definition
they will have imagined(future perfect)
Term
ik zou me voorgesteld hebben
Definition
I would have imagined(conditional future perfect)
Term
jij zou je voorgesteld hebben
Definition
you(singular) would have imagined(conditional future perfect)
Term
hij zou zich voorgesteld hebben
Definition
he would have imagined(conditional future perfect)
Term
wij zouden ons voorgesteld hebben
Definition
we would have imagined(conditional future perfect)
Term
jullie zouden je voorgesteld hebben
Definition
you(plural) would have imagined(conditional future perfect)
Term
zij zouden zich voorgesteld hebben
Definition
they would have imagined(conditional future perfect)
Term
stel u/je voor
Definition
imagine(imperative)
Supporting users have an ad free experience!