Shared Flashcard Set

Details

Dutch verb for succeed
in various tenses
49
Language - Dutch
12th Grade
08/08/2008

Additional Language - Dutch Flashcards

 


 

Cards

Term
ik slaag
Definition
I succeed(indicative present)
Term
jij slaagt
Definition
you(singular) succeed(indicative present)
Term
hij slaagt
Definition
he succeeds(indicative present)
Term
wij slagen
Definition
we succeed(indicative present)
Term
jullie slagen
Definition
you(plural) succeed(indicative present)
Term
zij slagen
Definition
they succeed(indicative present)
Term
ik slaagde
Definition
I succeeded(indicative past)
Term
jij slaagde
Definition
you(singular) succeeded(indicative past)
Term
hij slaagde
Definition
he succeeded(indicative past)
Term
wij slaagden
Definition
we succeeded(indicative past)
Term
jullie slaagden
Definition
you(plural) succeeded(indicative past)
Term
zij slaagden
Definition
they succeeded(indicative past)
Term
ik heb geslaagd
Definition
I have succeeded(indicative present perfect)
Term
jij hebt geslaagd
Definition
you(singular) have succeeded(indicative present perfect)
Term
hij heeft geslaagd
Definition
he has succeeded(indicative present perfect)
Term
wij hebben geslaagd
Definition
we have succeeded(indicative present perfect)
Term
jullie hebben geslaagd
Definition
you(plural) have succeeded(indicative present perfect)
Term
zij hebben geslaagd
Definition
they have succeeded(indicative present perfect)
Term
ik had geslaagd
Definition
I had succeeded(indicative past perfect)
Term
jij had geslaagd
Definition
you(singular) had succeeded(indicative past perfect)
Term
hij had geslaagd
Definition
he had succeeded(indicative past perfect)
Term
wij hadden geslaagd
Definition
we had succeeded(indicative past perfect)
Term
jullie hadden geslaagd
Definition
you(plural) had succeeded(indicative past perfect)
Term
zij hadden geslaagd
Definition
they had succeeded(indicative past perfect)
Term
ik zal slagen
Definition
I will succeed(indicative future)
Term
jij zult slagen
Definition
you(singular) will succeed(indicative future)
Term
hij zal slagen
Definition
he will succeed(indicative future)
Term
wij zullen slagen
Definition
we will succeed(indicative future)
Term
jullie zullen slagen
Definition
you(plural) will succeed(indicative future)
Term
zij zullen slagen
Definition
they will succeed(indicative future)
Term
ik zou slagen
Definition
I would succeed(conditional future)
Term
jij zou slagen
Definition
you(singular) would succeed(conditional future)
Term
hij zou slagen
Definition
he would succeed(conditional future)
Term
wij zouden slagen
Definition
we would succeed(conditional future)
Term
jullie zouden slagen
Definition
you(plural) would succeed(conditional future)
Term
zij zouden slagen
Definition
they would succeed(conditional future)
Term
ik zal geslaagd hebben
Definition
I will have succeeded(future perfect)
Term
jij zult geslaagd hebben
Definition
you(singular) will have succeeded(future perfect)
Term
hij zal geslaagd hebben
Definition
he will have succeeded(future perfect)
Term
wij zullen geslaagd hebben
Definition
we will have succeeded(future perfect)
Term
jullie zullen geslaagd hebben
Definition
you(plural) will have succeeded(future perfect)
Term
zij zullen geslaagd hebben
Definition
they will have succeeded(future perfect)
Term
ik zou geslaagd hebben
Definition
I would have succeeded(conditional future perfect)
Term
jij zou geslaagd hebben
Definition
you(singular) would have succeeded(conditional future perfect)
Term
hij zou geslaagd hebben
Definition
he would have succeeded(conditional future perfect)
Term
wij zouden geslaagd hebben
Definition
we would have succeeded(conditional future perfect)
Term
jullie zouden geslaagd hebben
Definition
you(plural) would have succeeded(conditional future perfect)
Term
zij zouden geslaagd hebben
Definition
they would have succeeded(conditional future perfect)
Term
slaag
Definition
succeed(imperative)
Supporting users have an ad free experience!